- counter
- adv. in tegenstelling, tegen--------n. toonbank (in restaurant of keuken; teller, meter; (Computers) aantal getallen gebruikt om aan te geven hoeveel mensen de Webpagina hebben bezocht--------pref. tegen---------v. reagerencounter1[ kauntə] 〈zelfstandig naamwoord〉1 toonbank ⇒ balie, bar; loket, kassa2 teller ⇒ telwerk, rekenmachine3 fiche ⇒ speelmuntje4 tegenzet ⇒ tegenmaatregel, tegenwicht5 tegendeel ⇒ tegenovergestelde6 verweerstoot ⇒ 〈boksen〉 counter, tegenstoot; 〈schermen〉 tegenstoot; 〈voetbal〉 counter♦voorbeelden:¶ over the counter • zonder recept (verkrijgbaar) 〈van medicijnen〉under the counter • onder de toonbank, clandestien————————counter2〈bijvoeglijk naamwoord〉1 tegen(over)gesteld ⇒ tegenwerkend, contra-2 duplicaat- ⇒ dubbel♦voorbeelden:2 counter list • duplicaat, controlelijst————————counter3I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 een tegenzet doen ⇒ zich verweren, terugvechten; 〈in het bijzonder boksen〉 counterenII 〈overgankelijk werkwoord〉1 zich verzetten tegen ⇒ tegenwerken, (ver)hinderen2 beantwoorden ⇒ reageren op3 tenietdoen ⇒ weerleggen————————counter4〈bijwoord〉1 in tegenovergestelde richting2 op tegengestelde wijze♦voorbeelden:1 go/hunt/run counter • het spoor in de verkeerde richting volgen2 act/go counter to • niet opvolgen, ingaan tegen
English-Dutch dictionary. 2013.